28 maart 1926: Beerschot haalt zijn vierde landstitel

HOOGTEPUNTEN UIT DE GESCHIEDENIS VAN BEERSCHOT – 1 -

“HET GEBEURDE VANDAAG OP…”

Om deze voetballoze coronavirus-periode te overbruggen duiken we voor u in de geschiedenis van Beerschot en stoffen we op die manier voor u het fraaie palmares met zeven landstitels, drie bekeroverwinningen en ontelbare andere sportieve hoogtepunten af.

Die laten we de volgende weken en maanden op regelmatige tijdstippen de revue passeren. In woord en beeld. Pure nostalgie is het…

Op deze 28ste maart keren we terug naar het jaar 1926, het seizoen 1925-1926 waarin onze Mannekes hun vierde titel behaalden.

Op zondag 28 maart 1926 speelde Beerschot zijn 21ste competitiewedstrijd van de 26, thuis tegen Cercle Brugge, dat op de tweede plaats geklasseerd stond… maar uiteindelijk vijfde zou eindigen, op negen punten van Beerschot. In de jaren ’20 leverde een overwinning ‘slechts’ twee punten op.

Maar liefst 25.000 toeschouwers zakten op die zondagnamiddag af naar het Kiel, en waren er getuige van een even overtuigende als onaanvechtbare 2-0-overwinning. Het was Yvan Thys, vader van ex-bondscoach Guy Thys, die beide Beerschot-doelpunten voor zijn rekening nam. Eén in elke speelhelft. Met deze zege was Beerschot mathematisch zeker van de landstitel. Nummer vier van de zeven.

De kranten vonden amper woorden van lof om het voetbal van Beerschot en het Kielse overwicht te omschrijven. In Gazet van Antwerpen lazen we:

“Eindelijk is de teerling geworpen en wel in het voordeel van Beerschot, dat zonder eenigen twijfel zijn kampioenstitel vernieuwt en wel met een grooten voorsprong. Reeds staan de kampioenen met zes punten los en de nog te betwisten matchen kunnen niets anders dan den voorsprong nog vergroten. De kapitale match op het Beerschot-terrein betwist, had een tot heden ongekende belangstelling gewekt, daar het record der opkomst voor een competitiewedstrijd met groote cijfers neergehaald werd.”

Ook in de resterende vijf wedstrijden bleef Beerschot imponeren. De week nadien werd gewonnen uit bij Cercle met 0-1, dan een spijtige uitschuiver op Antwerp met 2-0 – een beetje geflikt eigenlijk, want met een zeer betwistbare strafschop – en vervolgens 0-0 thuis tegen Union, om uiteindelijk af te sluiten met twee derby-overwinningen: 1-2 op Berchem Sport en 2-1 tegen Antwerp in het Olympisch Stadion.

Beerschot speelde op 28 maart 1926 met Raemdonck, Ruyssevelt, Janssens, Pelsmaeker, Meljado, Van Averbeke, Elst, Hendrickx, Pierre Braine, Yvan Thys en Raymond Braine.

In de eindrangschikking van dat seizoen telde Beerschot zeven punten meer dan de dichtste achtervolger Standard. De twee Brusselse tenoren uit die tijd, Daring en Union, finishten respectievelijk derde en vierde, met acht punten achterstand.

Beerschot scoorde dat seizoen zo maar eventjes 80 doelpunten in 26 competitiewedstrijden. Topscorer werd Raymond Braine met 25 goals, op de hielen gevolgd door Yvan Thys met 23 stuks. Pierre Mertens trof 12 keer raak en Pierre Braine trapte er negen tegen de netten.

Volgende spelers werden in de bloemetjes gezet met het behalen van de vierde landstitels. (Met tussen haakjes het aantal gespeelde wedstrijden): Pierre Braine, Raymond Braine en Neleke Elst (26), Staf Pelsmaeker (25), Yvan Thys en Henri Van Averbeke (24), Sam Meljado en Pierre Mertens (23), Kamiel Raemdonck (22), Henri Janssens en August Ruyssevelt (21), Louis D’Hondt en Henri Rummens (5), Armand Proost en Sebastien Verhulst (4), Albert Hendrickx (3), François Croenen en Marcel De Bakker (2) en André Fierens (1)

Tekst: Danny Geerts